Een Amerikaanse wetenschapper heeft de dood in de ogen gekeken nadat hij 22 meter diep viel in een ijsspleet in het Nepalese Himalayagebergte. Met een gebroken arm en ribben wist hij zichzelf toch uit zijn benarde positie te bevrijden. De man filmde zijn straffe strijd op leven en dood.

John All, verbonden aan de universiteit van Kentucky, was monsters van de sneeuw aan het nemen op de berg Himlung toen het noodlot toesloeg. Hij viel in een diepe ijskloof die aan het zicht ontrokken was door een dikke laag verse sneeuw.

Zijn lichaam stuiterde tegen de ijswanden alvorens 22 meter lager tot stilstand te komen op een richel. Daaronder gaapte een afgrond van maar liefst honderd meter diep en wachtte een zekere dood. Met diverse kneuzingen, een gebroken rechterarm en verbrijzelde ribben stond hij voor de bijna onmogelijke opdracht om zich weer een weg naar boven te banen. Met een pikhouweel kon hij zijn zieltogende lichaam beetje bij beetje naar boven hijsen. Een slippartij zou fataal zijn.

De pijn was ondraaglijk. Het risico om te vallen onnoemelijk groot. De wil om te leven haalde het van de doodsangst. John All deed er meer dan zes uur over om uit de ijsspleet te geraken en dan deed hij er nog eens drie uur over om zijn tent te bereiken. Daar werd hij de volgende morgen gered.

Tijdens de tocht filmde de Amerikaan regelmatig zichzelf. "Je overlevingsinstinct neemt het over, ik maakte de filmpjes zodat ik niet zou beginnen  twijfelen", vertelde hij aan de Telegraph. John All is niet getrouwd en heeft geen kinderen. "Door aan mijn moeder en vrienden te denken, wist ik de hele tijd de juiste focus te houden", verklaarde de dappere Amerikaan.

Dit helse avontuur heeft de man alvast niet afgeschrikt om nieuwe uitdagingen aan te gaan in naam van de wetenschap. Indien hij volgende maand voldoende hersteld is, trekt hij naar Peru.